Klachten aandoeningen
Rugklachten
Lage rugklachten
Rugklachten zijn de meest voorkomende klachten van het menselijk lichaam. In verreweg de meeste gevallen wordt er geen lichamelijke afwijking gevonden: er is dan sprake van a-specifieke lage rugpijn.
Wat zijn de klachten bij lage rugpijn?
De symptomen zijn:
• Pijn onder in de rug.
• Vaak uitstraling van de pijn naar andere plekken (bijv. bil of been).
• Verminderd lichamelijk functioneren.
• Mogelijk stijfheid, kracht- en bewegingsbeperking.
• Pijn bij bukken en tillen.
• Pijn bij lang zitten en staan.
Wat zijn de oorzaken?
Bij meer dan 95 procent van de mensen met lage rugpijn wordt geen lichamelijke afwijking gevonden. Er is sprake van a-specifieke lage rugpijn. Het is niet duidelijk waar de pijn vandaan komt. Het is gebleken dat een verstoorde balans tussen belasting (de krachten op de rug) en belastbaarheid (wat iemand geestelijk en lichamelijk aankan) meespeelt. In andere gevallen is er wel een specifieke oorzaak aan te wijzen: een beknelde zenuw, een infectie of een wervelbreuk. Vaak speelt ook onbewuste angst voor bewegen een grote rol.
Wanneer is behandeling nodig?
Het feit dat de oorzaak lastig is vast te stellen, betekent niet dat u geen pijn voelt of dat er sprake is van verbeelding. Acute klachten verdwijnen meestal in een tot zes weken vanzelf of zijn aanzienlijk minder geworden. De kans op terugkeer van de lage rugpijn is echter groot. Chronische klachten, waar na twaalf weken sprake van is, zijn veel moeilijker te behandelen. Fysiotherapeuten en artsen maken in het verloop van de klachten een indeling in drie fasen:
• Acute klachten; tot zes weken
• Subacute klachten; tussen de zes en twaalf weken
• Chronische klachten; na twaalf weken.
Bij alle drie de fasen is het verstandig om door een fysiotherapeut of arts onderzoek te laten uitvoeren. Dit is vooral belangrijk wanneer het gaat om een blokkade en/of beknelde zenuw waarbij de klachten kunnen toenemen.
Wat zijn de behandelingsmogelijkheden?
Bij acute klachten
Bij acute lage rugpijn moet u uw activiteiten tijdelijk verminderen, maar u moet wel in beweging blijven. Als u veel pijn heeft, kan uw arts een pijnstiller of ontstekingsremmer voorschrijven. Bedrust is meestal niet nodig: het kan zelfs het herstel vertragen. Alleen als u niet anders kunt, blijft u één of twee dagen op bed liggen. Langzaamaan kunt u weer meer gaan bewegen en sporten. Probeer zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan. Het is niet nodig om te wachten tot alle pijn is verdwenen. Behandeling is in deze fase niet noodzakelijk, maar het is wel verstandig om er naar te laten kijken door een fysiotherapeut of arts zodat u weet wat u wel en niet mag doen.
Bij subacute en chronische klachten
Wanneer de klachten subacuut of chronisch dreigen te worden, is het wel verstandig om er naar te laten kijken om zo de oorzaak en/of het probleem proberen te traceren. Een afwijkend verloop gaat vaak gepaard met psycho- en ergonomische factoren zoals; stress, werkhouding en/of angst om te bewegen, om zo maar een paar voorbeelden te noemen. Deze factoren kunnen een rol spelen bij rugklachten. Uw fysiotherapeut zal u uitleg en advies geven. Het is vooral belangrijk dat u beweegt, ook al heeft u pijn. In deze fase moet u leren omgaan met de pijn en de beperkingen. In overleg met uw fysiotherapeut kunt u uw activiteiten geleidelijk uitbouwen.
Wat kunt u zelf doen om rugklachten te voorkomen?
In het voorkomen van rugpijn kunt u zelf een rol spelen. Daarom is het belangrijk om gezond te blijven bewegen en een balans vinden in de belasting van uw rug.
Enkele tips:
Zorg dat u in een goede conditie bent door oefeningen of sporten;
Zorg dat u lichamelijk en geestelijk in balans bent;
Signaleer tijdig wanneer het u lichamelijk of geestelijk teveel wordt, maar ook hiernaar handelen.